Loading
  • nl

Snel zoeken

Zoek op gewasgroep

Zoek op leverancier

Toon alle leveranciers

Mijn Account

WAARSCHUWINT: schakel JavaScript in uw browserinstellingenuit om de databank te kunnen gebruiken

Regels voor proefontheffingen 2023

De Nederlandse regels voor proefontheffingen zijn afgeleid van punt 1.8.5.1.d van verordening (EU) 2018/848). Daarin staat:

“Indien biologisch plantaardig teeltmateriaal en plantaardig omschakelingsteeltmateriaal niet in voldoende hoeveelheden of in de juiste kwaliteit beschikbaar zijn voor de exploitant, kunnen de bevoegde autoriteiten het gebruik van niet-biologisch plantaardig teeltmateriaal toestaan,”…” Een dergelijke individuele toelating wordt alleen afgegeven in een van de volgende situaties”…. “d) de toelating is gerechtvaardigd voor gebruik in onderzoek, voor tests in kleinschalige veldproeven, voor de instandhouding van het ras of voor productinnovatie, en de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat hebben ermee ingestemd.”

Uitwerking

Als een gewas op categorie 1 (Nationale Annex) staat kan alleen ontheffing voor het gebruik van niet-biologisch plantaardig teeltmateriaal worden aangevraagd door een beroep te doen op de regel voor proefontheffingen. Afspraak is dat deze regeling kan worden gebruikt voor het uittesten van nieuwe rassen én voor het telen op kleine schaal van instandhoudingsrassen. Dit laatste omdat er bij het opstellen van de Annex geen rekening wordt gehouden met de beschikbaarheid van biologisch plantaardig teeltmateriaal van instandhoudingsrassen.

De regeling kan (onder voorwaarden) ook worden gebruikt voor het beproeven van bestaande rassen door zaadbedrijven die nieuw zijn in de biologische sector of nieuw in het betreffende gewas.

Regels voor proefontheffingen per 1 januari 2023

  • De omvang van de proef bij telers mag maximaal 10% van het areaal én maximaal 1 hectare van het betreffende (sub)gewas groot zijn.
  • Voor vruchtbomen geldt dat een proef maximaal 300 bomen mag omvatten.
  • Een teler kan een proefontheffing slecht één keer aanvragen voor hetzelfde ras.
  • De proefontheffing geldt voor proeven met nieuwe rassen en voor kleinschalige teelt van instandhoudingsrassen.
  • Een proefontheffing voor bestaande rassen is alleen mogelijk indien het betrokken zaadbedrijf nieuw is in de biologische sector of nieuw in het betreffende gewas.
  • Het betreffende zaadbedrijf moet schriftelijk de intentie hebben uitgesproken om biologisch uitgangsmateriaal van de genoemde rassen te gaan produceren indien deze geschikt blijken te zijn voor de biologische teelt.

Uitvoering

Bij een beroep op een proefontheffing zal Skal, net als bij de flexibiliseringsregeling, controleren of het ook daadwerkelijk om nieuwe rassen gaat. Dit kan worden aangetoond door gegevens te verkrijgen over de datum waarop het ras op de nationale lijst voor landbouwgewassen of groentegewassen is geplaatst. Dit mag niet langer dan 1,5 jaar geleden zijn. Het kan ook zijn dat het nog "rassen in onderzoek" zijn die nog niet op deze rassenlijsten voorkomen (hiervoor is in de EU-regelgeving een voorziening dat zaaizaad al mag worden verhandeld). Deze rassen hebben vaak nog geen naam en zijn alleen onder nummer beschikbaar. Bij een beroep op een proefontheffing voor bestaande rassen wordt de intentieverklaring ter beoordeling voorgelegd aan de betreffende expertgroep